Blub blub

De landing wordt ingezet en ik kijk via mijn vliegtuigraam naar beneden. Ik zie een groene oase met heuvels en kleine stranden die uitkomen in de zee; Australië.

De afgelopen nachten heb ik steeds een paar uur in een vliegtuig geslapen en ik merk dat ik helemaal kapot ben. Een shuttlebus brengt me naar het hostel in Cairns. Daar krijg ik een bed en vragen ze me om vooraf te betalen via creditcard. Door de moeheid druk ik drie keer de verkeerde pincode in en blokkeer ik mijn creditcard. In mijn hoofd denk ik: jammer dan, regelen we morgen wel weer, geef me een bed!

Als ik ’s middags wakker wordt is het tijd om mijn bank te bellen. Blijkbaar is mijn kaart twee weken geleden in Nepal al geblokkeerd en heb ik daar niets van gemerkt. “Blub blub” hoor ik ze in mijn hoofd zeggen (een gezegde onder mijn vriendinnen, refererend aan de vis Dory van Finding Nemo die meestal geen idee heeft wat ze aan het doen is).

Zodra de belangrijke zaken geregeld zijn ga ik een rondje lopen. Het is ontzettend warm buiten, ik gok meer dan dertig graden. Ik loop door het centrum, langs het zwembad naar de zee. Met een sushi rol en een fles water ga ik in een park in het gras zitten. Even lekker rond kijken, alles op me in laten werken en een plan maken voor de komende dagen. Langzaam kom ik erachter dat ik niks van Australië weet. Wat is een euro waard? Kan ik het water uit de kraan drinken? Hoe doen mensen hier de was? Waar is de supermarkt? Welke maat kleding heb ik? Waarom zwemt niemand in de zee? Waarom kan ik niemand verstaan? Ze spraken toch gewoon Engels in Australië? Hoewel het verschil tussen Nederland en Azië veel groter is, merk ik dat ik nu veel meer moeite heb om me aan te passen aan Australië.

De volgende avond spreek ik af met een groepje Nederlanders van de facebookgroep ‘Dutchies in Australië’. We gaan een biertje drinken in een leuke tent bij het strand. Makkelijk, denk ik, want ik ken hier nog niemand. Zodra ik aanschuif merk ik dat ik met niemand een klik heb. Is het de jetlag of doe ik gewoon niet genoeg mijn best? Ze scheppen op over de, in mijn ogen klote, baantjes die ze hebben en hoeveel gratis bier ze per avond drinken. Ik krijg hier en daar een tip waar ik iets aan heb, maar merk dat deze mensen voornamelijk over zichzelf willen praten. Een angstig gevoel bekruipt me. Het zal toch niet zo zijn dat Australië vol zit met jonge, zuipende mensen die alleen maar oppervlakkige gesprekken hebben. Breng me terug naar Nepal! Op het moment dat iedereen wil vertrekken schuift er nog een meisje aan. We beginnen te praten, nemen nog een biertje, en eindigen de avond met een gesprek over waarom sommige reizigers zo oppervlakkig zijn. Onze conclusie; de reden waarom we allemaal reizen: vluchtgedrag.

2 thoughts on “Blub blub

  1. Dit is heel wat anders dan Nepal en leuk dat een nederlands iemand hebt ontmoet mooie foto’s en leuk verhaal tot de volgende keer

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *